In ‘Kapitaal in de 21ste eeuw’ schopt Thomas Piketty tegen nogal wat heilige huisjes. Hiermee haalt hij zich waarschijnlijk de hoon van heel wat mensen op de hals, maar minstens zovelen zullen zijn kritische beschouwingen met gejuich ontvangen.
‘Kapitaal in de 21ste eeuw’ van Piketty biedt een haast monumentale basis aan gegevens over de geschiedenis van het kapitalisme en is op een dusdanige wijze geschreven dat het niet alleen kost is voor de economen onder ons, maar ook de doorsnee lezer met interesse bijzonder zal geboeid zijn door het boek.
De Franse econoom Thomas Piketty werd geboren in 1971, in een dorpje vlak bij Parijs. Hij bleek al snel een briljant leerling. Op zijn achttiende werd Piketty toegelaten tot de École Normale Supérieure en vier jaar later behaalde hij de doctorsgraad. Daarop vertrok hij naar het Mekka van de economische wetenschap: de Verenigde Staten.
Piketty kon er zijn draai niet vinden. De economie zoals die aan de overkant van de oceaan werd beoefend vond hij te abstract, te theoretisch en te ideologisch. Wat ook niet hielp is dat hij in een nogal ouderwets onderwerp was geïnteresseerd: ongelijkheid.
Zijn Amerikaanse collega’s begrepen niet waar hij moeilijk over deed. Marx had weliswaar geschreven dat het kapitalisme tot extreme ongelijkheid zou leiden en dat vervolgens de revolutie uit zou breken. Maar niet heus. Nobelprijswinnaars als Simon Kuznets en Robert Solow hadden tenslotte aangetoond dat ongelijkheid slechts een tijdelijk probleem is. Dat de rijkdom van de 1 procent vanzelf omlaag sijpelt naar de overige 99 procent.
Kuznets had het zelfs becijferd, in 1953. Hij had als eerste grondig, historisch onderzoek gedaan naar de ongelijkheid in de Verenigde Staten. En inderdaad: die was spectaculair afgenomen sinds het begin van de twintigste eeuw. In zijn academische werk gaf Kuznets toe dat dit geen garantie was voor de toekomst, maar tijdens zijn lezingen was hij minder voorzichtig. Al snel was de ‘Kuznetscurve’ geboren, die zich eenvoudig laat samenvatten, door enerzijds de stelling: ‘Naarmate een economie industrialiseert, neemt de ongelijkheid toe’ en anderzijds: ‘Naarmate een economie groeit, neemt de ongelijkheid af’.
De rol van politici, intellectuelen en activisten is volgens Kuznets van ondergeschikt belang. De wetten van de economie zouden toch wel hun werk doen. En ongelijkheid is niet iets om je zorgen over te maken.
Veertig jaar later concludeerde Piketty dat er sinds 1953 eigenlijk geen fatsoenlijk, historisch onderzoek naar ongelijkheid was gedaan. Het debat werd gevoerd met een overvloed aan vooroordelen en een chronisch gebrek aan feiten. Kuznets had nota bene zelf beweerd dat zijn theorieën voor 5 procent uit empirische informatie en voor 95 procent uit speculatie bestonden.
Na zijn terugkeer uit de VS dook Piketty, samen met een stuk of 25 collega’s, de archieven van meer dan 25 landen in en verzamelde hij alle gegevens over ongelijkheid die hij kon vinden. Vijftien jaar aan onderzoek later was er een enorme database beschikbaar die teruggaat tot het jaar nul. Toen Piketty zich net als Karl Marx en Simon Kuznets opnieuw over het hoe en waarom van ongelijkheid boog, had hij iets wat zij misten, namelijk heel veel data. Hieruit bleek dat de cijfers een heel ander verhaal vertelden dan wat jarenlang in de boeken had gestaan. Piketty concludeerde dat economen hun theorieën over het kapitalisme en ongelijkheid op uitzonderingen hadden gebaseerd! Deze conclusie luidt de geboorte van zijn boek in.
In zijn boek analyseert Thomas Piketty al deze data en legt fundamentele economische en sociale processen bloot. Hij toont aan dat de moderne economische groei en de spreiding van kennis ons in staat hebben gesteld om de ongelijkheid zoals Marx die had voorspeld, te voorkomen. Maar de diepere structuur van kapitaal en ongelijkheid is er in wezen niet door veranderd, zoals we in ons optimisme na de Tweede Wereldoorlog dachten. De belangrijkste oorzaak van de ongelijkheid is de tendens dat de opbrengst op kapitaal groter is dan de economische groei. Een gegeven dat nu tot extreme ongelijkheid dreigt te leiden. Het wakkert de onvrede aan en ondermijnt democratische verworvenheden. Het is aan de politiek om die tendens in te tomen.
Kapitaal in de 21ste eeuw is een buitengewoon ambitieuze onderneming, waarvan de grote waarde alom wordt erkend. Het is een herbezinning op de economische geschiedenis en dwingt ons de werkelijkheid nuchter onder ogen te zien.
Op basis van alle onderzoeken en dat stelt Piketty dat zonder de terugkeer van een stevige economische groei, hoge belastingen op kapitaal of een Derde Wereldoorlog, de ongelijkheid eindeloos zal blijven oplopen. Hoe langzamer de economie groeit, hoe belangrijker ‘oud geld’ wordt – en hoe beter je over je huwelijkskeuze na moet denken..
‘Kapitaal in de 21ste eeuw’ is een interessant en haast historisch boekwerk, geschreven op een –voor een breed publiek – toegankelijke wijze. Wellicht zou het boek van Thomas Piketty op de verplichte boekenlijst voor politici moeten staan.
Bestellen
Het boeiende werk van Piketty is te koop via Managementboek: https://www.managementboek.nl/boek/9789023490821/kapitaal-in-de-21ste-eeuw-thomas-piketty#recensies