Ik zal het niet snel zeggen, maar het is wel waar, ik ben best een beetje bang in het donker. Als we ’s avonds met onze mensen het laatste rondje gaan lopen, dan weet ik het al … zwart, donker, eng…
Ik loop dan te snuiven en alert om mij heen te kijken. Als ik iets hoor of denk te zien, dan begin ik te piepen. Als ‘het’ dichterbij komt kan het zelfs zijn dat ik een beetje moet blaffen of grommen. Ik heb dan toch altijd de illusie dat het mens of de hond (of allebei) mij hoort en denkt: ‘Oei, daar kan ik beter niet op af lopen, dat is vast een hele grote, enge hond’. Ze weten tenslotte niet dat ik een uiterst charmant en heel knap teefje ben met een engelachtig karaktertje. Maar ja, met je ongebreidelde charme red je het in het donker ook niet, dus ik piep, blaf en snuif maar gewoon verder..
Mijn mensen hebben al van alles geprobeerd: ze hebben mij ernstig toegesproken, vermaand, rustig tegen mij gepraat en zelfs voor me gezongen. Tja, dat laatste is natuurlijk reuze lief, maar ….. ik ben nu eenmaal BANG in het donker potverblaf!
Weer geweldig… Ik geniet er elke keer weer van. Dank je wel Hanneke.