In gesprek met Nadine Barroso 1


nadine1 400

Nadine Barroso is auteur en moeder van een jong gezin. Vorig jaar verscheen haar debuutroman ‘Ego’. Een boek in het thrillergenre dat uiterst goed werd ontvangen. Onlangs verscheen haar tweede thriller, ‘Ken mij niet’ bij Uitgeverij Aspekt.

In relatief korte tijd twee thrillers schrijven en de drijvende kracht zijn binnen een gezin met drie jonge kinderen. Wij vinden dat een hele prestatie en mogen Nadine bevragen over hoe ze al die ballen tegelijkertijd omhoog houdt.

Op een zonnige lentedag, tref ik Nadine in Utrecht. Ik heb een plek op een terras uitgezocht waar we heerlijk uit de wind en in de zon zitten en waar haar zoon Tobias, want die neemt ze mee, de ruimte heeft. Ik zie een stralende schoonheid achter een buggy op mij af komen. Geen verschijning die je verwacht bij het beeld dat ik in elk geval heb bij een auteur van thrillers waar toch met regelmatig behoorlijk gruwelijke scenes in voorkomen. Intrigerend.

We begroeten elkaar hartelijk. De kleine Tobias blijkt een ware charmeur. Een grijns van oor tot oor verschijnt op zijn gezicht zodra hij je aankijkt. Hij raakt je en vreet je op, dit prachtige mannetje. In hoeverre Tobias op zijn vader lijkt, daar kan ik niet over oordelen, maar zijn mooie koppie heeft hij in elk geval voor een belangrijk deel van zijn moeder.

Nadat we om koffie hebben gevraagd, stel ik de vraag die mij al geruime tijd bezighoudt. Hoe creëer je tijd en ruimte voor het schrijven van je boeken te midden van een druk, jong gezin? Nadine vertelt dat het haar ideaalbeeld was om alleen te schrijven wanneer de oudste kinderen op school zaten en de jongste sliep. “Mijn debuutroman ‘Ego’ schreef ik ook bijna volledig tijdens de middagslaapjes van mijn middelste zoon. Bij mijn tweede boek liep het echter anders. Mijn derde zoon deed en doet hazenslaapjes overdag dus echt goed in het verhaal komen lukte me niet. Gelukkig heb ik een lieve man die begreep dat ik graag mijn deadline wilde halen en dankzij hem heb ik vele zondagen kunnen schrijven terwijl hij voor de kinderen zorgde. Voor mijn volgende boek ga ik toch weer voor het ‘schrijven tijdens het middagdut’-ideaal, ook als dat betekent dat het wat langer zal duren. De vrije tijd met mijn gezin is me te dierbaar om op te offeren, dat heb ik nu wel geleerd.”

Nadat we nog een kop koffie hebben besteld, vraag ik Nadine of ze altijd al de wens had om auteur te worden en ja, die wens was er op haar twaalfde al! Sterker nog, daarvoor schreef ze al korte verhalen. Op haar twaalfde lag er een notabene een compleet manuscript. Simpelweg omdat ze het leuk vond. Ze verbond daar toen nog niet aan dat ze ‘schrijfster’ wilde worden. Het was een tweede natuur; een uitlaatklep. Nadine werd ouder en maakte de geijkte ‘verstandige’ (studie)keuzes. Nergens lag echter werkelijk haar hart. Naast het werk, dat er moest zijn om in haar levensonderhoud te voorzien, is Nadine altijd blijven schrijven. Toen inmiddels wel met het idee ooit een boek uit te geven.

Veel auteurs worden geïnspireerd door het werk van schrijvers die zij bewonderen. Nadine vertelt, op mijn vraag of dat bij haar ook het geval is, dat zij tijdens haar studie enorm veel heeft gelezen. Ze studeerde Engelse Taal en Cultuur dus veel lezen was een vereiste. “Ik heb geen enkel boek gevonden waar ik niet van genoot. Toch heb ik de laatste jaren, waarin ik drie kinderen kreeg en twee boeken schreef, te weinig tijd gemaakt voor lezen. Mijn voornemen is daar de komende tijd weer meer rust voor te vinden en dan ga ik beginnen met alle pareltjes van de minder bekende schrijvers die ik op social media heb leren kennen. Er zijn namelijk ontzettend veel goede boeken van eigen bodem die niet bekend zijn bij het grote publiek.”

Haar kinderen weten eigenlijk niet beter dan dat mamma schrijft, maar toch vragen we Nadine: “Heeft het schrijven jouw (gezins)leven veranderd?“ Nadine vertelt: “Ons gezinsleven is niet wezenlijk veranderd maar het schrijven speelt wel een essentiële rol. Van de periode dat ik de druk voelde om voor een bepaalde periode mijn manuscript aan te leveren heb ik geleerd dat ik dat niet meer wil. Schrijven gebeurt als daar tijd en ruimte voor is. Ik ben wel blij dat het zo is gelopen, want we hebben de veerkracht van ons gezin leren kennen. Mijn man en ik hebben de luxe dat een van ons er altijd kan zijn voor de kinderen. Dat is tot nu toe, ondanks zijn drukke baan en mijn schrijfwerk nog steeds gelukt en daarvoor zijn we zeer dankbaar. Als ik er niet bij ben, heeft hij als vader ook ineens een heel andere rol en het is ook goed om dat te ervaren, voor ons allebei. Wat overigens echt een blijvende verandering is voor mij persoonlijk, is dat het me heel erg goed doet om ook mijn eigen ding te doen, iets dat helemaal losstaat van mijn kinderen en mijn man. Het zorgt er ook juist voor dat ik me als moeder kan overgeven aan mijn tijd met de kinderen en daar dan ook ten volle van kan genieten.”

Wat ik ook graag van Nadine wil weten is wat volgens haar ‘de kunst van het schrijven’ is. Dat is een lastige vraag, ik besef het me. We bestellen nog wat te drinken zodat Nadine even de gelegenheid heeft om na te denken over haar antwoord. Ook Tobias wil eigenlijk best wat aandacht. Oh ja, en een broodje natuurlijk… Tevreden gaat de kleine Don Juan weer in zijn buggy zitten. Dan heeft Nadine haar antwoord klaar: “Dat is heel persoonlijk. Inspiratie komt namelijk bij mij onverwachts binnen vallen en dan is het een kwestie van tijd maken, open staan en de ideeën op papier krijgen. Daarna ‘stroomt’  de fantasie vaak wel als ik gewoon ga zitten achter mijn laptop en mezelf laat ‘rondwandelen’ in mijn verhaal. Dat deel is iets dat vanzelf een weg naar buiten vindt. Daarna begint het ‘echte’ werk: het kruipen in de huid van een lezer: wat leest fijn, wat wil de lezer weten in dit verhaal, wat voegt iets toe, wat raakt de lezer en wat zorgt ervoor dat zij wordt gegrepen en verder wil lezen. De kunst is misschien wel de balans vinden tussen wat ik wil vertellen als schrijver en wat de lezer wil lezen. En daarnaast wel mezelf blijven. Het is voor mij een samenspel.”

Als ik naar die leuke vrouw tegenover mij kijk, bedenk ik mij dat ze volgens mij niet anders kan dan zichzelf zijn. What you see is what you get, dat gevoel krijg ik bij Nadine.

Deze gedachte en de gedachte die ik had toen ik haar op mij af zag komen, raakt een beetje het antwoord op mijn vraag hoe zij zich onderscheid van andere schrijvers. Nadine legt uit dat ze er van houdt om de innerlijke gedachtewereld en rauwe menselijkheid van personages uit te diepen. Dat deel van de mens dat vaak verborgen blijft voor de buitenwereld, met al zijn geheimen, imperfecties en persoonlijke kronkels. “Voor zover ik weet heb ik een eigen stijl van schrijven en kijk op de wereld. Ik zeg, voor zover ik weet, omdat ik dus eigenlijk niet kijk naar het werk van andere schrijvers. Door mijn debuutroman Ego heb ik geleerd regelmatig een stapje terug te doen en het leven om me heen en ook mezelf te observeren. Dat verwerk ik in mijn schrijven. Ik stel me, voor mijn gevoel, dus ook altijd best kwetsbaar op als schrijver.”

Hoewel ik mij onmiskenbaar schaar onder haar lezersdoelgroep, ben ik er toch erg benieuwd naar hoe Nadine haar lezersdoelgroep ziet. Nadine: “In principe is die heel breed, maar ik denk dat voornamelijk vrouwen, van alle leeftijden, zich goed kunnen verplaatsen in mijn hoofdrolspeelsters en daardoor misschien ook meer van mijn boeken zullen genieten.“

Wat een heerlijk gesprek is dit. Ik zal vanzelfsprekend de koetjes en de kalfjes die voorbijgaan tijdens ons treffen, hier niet vermelden, maar het gesprek gaat als vanzelf, de antwoorden komen spontaan en eerlijk en ik zie ons hier nog wel even zitten. Althans, als de kleine Tobias ons dat toestaat, maar daar ziet het wel naar uit. Eerst maar eens even een lekkere verse jus. Koffie hebben we inmiddels genoeg gehad. Wanneer onze sapjes voor ons staan, vraag ik Nadine hoe ze aan de ideeën voor haar boeken komt. Nadine legt uit dat ze aan een subtiele trigger genoeg heeft. Vaak weet ze achteraf niet eens meer wat dat precies was. “Ik zie of hoor iets en dat zet dan een kettingreactie van gedachten bij mij in gang. Soms is dat iets wat iemand zegt of een nieuwsbericht, iets dat ik mee maak of zie gebeuren. Het is vaak maar een klein element dat als een vonkje werkt om de fantasie bij me te ontsteken, zeg maar. Daarna schieten aanvullende ideeën vaak gewoon in mijn hoofd als ik de tijd heb om mijn gedachten de vrije loop te laten. Vaak is dat onder de douche of in de auto wanneer ik even niets anders hoef. Ook tijdens het schrijven worden gaten gaandeweg ingevuld.”

Bij het antwoord van Nadine op mijn volgende vraag, moet ik spontaan grinniken, ik zie het voor mij. Wanneer Nadine in de supermarkt loopt met een kinderschare achter zich aan en er dringt zich een idee aan haar op voor het verhaal waar ze mee bezig is, wat doet ze dan? Enfin, de kids en de boodschappen moeten dan even in de wachtstand. Nadine grijpt naar haar telefoon en mailt zichzelf een aantal steekwoorden. “Het voordeel van een e-mail is dat ik er dan later aan herinnerd wordt om het idee te verwerken. Want dat verwerken wanneer het idee nog ‘vers’ is, schiet er nog wel eens bij in met drie zonen waarvan een nog geen jaar oud is. Ik moet het echter wel gewoon opslaan voor later omdat ik niet te pas en te onpas kan vertoeven in mijn eigen hoofd, dan mis ik gewoon te veel van alles om me heen.”

En dan stelt Nadine mij plotseling voor een verrassing. Ik heb al heel wat auteurs gesproken en ze kennen allemaal een eigen voorbereiding.  Als ik Nadine vraag hoe zij zich voorbereid op een nieuw boek antwoordt ze, tot mijn verbazing, dat zij bij het einde begint. He? Hoe werkt dat dan? “Het einde roept allerlei vragen op waardoor ik gedreven ben om een begin te maken. Daarna vul ik het midden in met hoofdstukken die ik eerst kort beschrijf, dus ja, het is zeker een kader te noemen, al doe ik dit niet bewust zo.” Zo zie je maar, deze werkwijze had ik nog nooit gehoord. Het vervolg sluit wel weer aan bij de werkwijze die ik van andere auteurs heb gehoord. “Personages dienen zich vanzelf aan wanneer het verhaal vorm krijgt in mijn hoofd en komen tijdens het schrijfproces tot leven. Hun karakter is vaak het eerste dat zich vormt, dan wat hen beweegt en daarna hoe ze spreken en met anderen omgaan. Het uiterlijk is meestal ondergeschikt. Ik heb daar natuurlijk wel een beeld van – en soms is enige beschrijving relevant – maar meestal vormt de lezer toch een eigen beeld. Ik laat daar ook graag ruimte voor. De beleving en beelden van iedere lezer is uniek en heel persoonlijk, dat vind ik juist zo mooi.”

Het moeilijkste van schrijven is het schrappen. De beroemde uitspraak ‘kill your darlings’ wordt niet voor niets vaak wat melancholisch gebruikt. Hoe gaat Nadine daarmee om? “De eerste fase van het schrijven is mijn fantasie op papier zetten en dat gaat helemaal vanzelf gaat en in sneltreinvaart. Het herschrijven en schrappen vind ik een stuk moeilijker. Je bent vaak zelf heel erg gehecht aan de tekst die je creëert en de ideeën die je de wereld in wil schieten maar je moet je ook afvragen wat relevant is, of het werkelijk iets toevoegt en waar de lezer op zit te wachten in het verhaal. Dat leerde ik van een goede redacteur die ‘Ken mij niet’ voor me redigeerde en knoop ik nu in mijn oren voor een volgend boek, zodat dat werk al gedaan is voordat we de redactiefase ingaan.”

Inspiratie, ook zo’n issue dat voor elke auteur een andere beleving is. Als ik Nadine vraag hoe dat bij haar werk, vertelt ze: “Ik wacht tot de inspiratie zich aandient. Althans, wachten doe ik niet echt; ik laat het gewoon gebeuren. Ik ga in ieder geval nooit bewust bedenken wat ik nu eens zal gaan schrijven. Gelukkig is inspiratie overal en heb ik nooit last gehad van een writer’s block. Niet schrijven is voor mij veel moeilijker dan wel schrijven.”

Ik heb mijn volgende vraag bewaard tot we wat verder in het gesprek waren. Nu durf ik hem aan en vraag Nadine naar de angsten die zij heeft moeten overwinnen. Het ijs tussen ons is duidelijk ook voor mijn gesprekspartner gebroken, want een spontaan en eerlijk antwoord is mijn deel: “Heel lang vond ik het eng om mijn werk door anderen te laten lezen. Ik vond dat ik wel heel veel van mijzelf bloot gaf en was daar niet klaar voor. Ik schreef in de eerste plaats vooral voor mezelf maar ik vond het natuurlijk ook doodeng om kritiek te krijgen op datgene wat me zo nauw aan het hart ligt. Na ongeveer vijfentwintig jaar (nadat ik begon met schrijven) kwam daar pas verandering in en durfde ik voor het eerst een manuscript te verzenden. In de tussentijd leerde ik, door het schrijven van ‘Ego’ dat de mening van anderen niet daadwerkelijk invloed hebben op mijn leven en geluk, alleen als ik het die macht geef. Sindsdien is het een stuk makkelijker om recensies te lezen.”

Toen ik het manuscript van haar nieuwe boek in handen kreeg, was de titel nog ‘Kameleon’. Ik vraag Nadine hoe de titel ‘Ken mij niet’ tot stand is gekomen. ‘Kameleon’ blijkt de werktitel te zijn geweest. Nadine vertelt dat ze al vrij snel het gevoel had dat het niet de juiste titel was. “Ik wilde iets dat minder voor de hand ligt, een titel die vragen oproept. De hoofdpersoon van ‘Ken mij niet’ is op de vlucht en verandert noodgedwongen steeds van identiteit. Ze probeert zich zo veel mogelijk aan te passen aan haar nieuwe leefomgeving om maar niet op te vallen. Echter, tijdens het schrijven kwam steeds meer naar boven dat ze er vooral alles aan doet om te zorgen dat mensen niet te dicht bij haar komen, om maar te voorkomen dat iemand erachter komt wie ze werkelijk is. Ik ben toen gaan brainstormen en daar kwamen een tiental opties uit voort. Ik had al meteen de voorkeur voor ‘Ken mij niet’ maar ik heb zes goede opties toch op Facebook gegooid en gevraagd wat mensen het mooist vonden. Op Facebook spar ik regelmatig met mijn lezers, ik vind dat erg leuk. ‘Ken mij niet’ kwam als absolute winnaar uit de bus, wat mij natuurlijk sterkte in mijn keuze. Uiteindelijk is het hele plaatje, van het verhaal, de naam en de kaft echt precies zoals het moet zijn!”

Een blik op de klok leert ons dat we zomaar een paar uur verder zijn. De tijd is omgevlogen! Wat een heerlijk gesprek, wat een fijne ontmoeting. Wat is Nadine Barroso een enorm leuk mens.

 

 


Over Hanneke van de Water

Met mijn drie katten, woon ik in het Noord-Hollandse dorp Obdam. Ik ben eigenaar van To-taal Communicatie. Middels mijn bureau ben ik in te schakelen als communicatieprofessional, literair agent, boekmarketeer, copywriter en redacteur. Tevens heb ik, tezamen met een compagnon, onlangs Uitgeverij Doornwater opgericht. Wij hebben al enkele fraaie boeken uitgegeven die je kunt vinden op www.uitgeverijdoornwater.nl. Op deze site verzamel ik mijn recensies en ik hoop dat je ze met plezier zult lezen en er wellicht inspiratie uithaalt. De link naar mijn recensies plaats ik op diverse social media kanalen en boekensites (in elk geval Managementboek, Bruna en Hebban). Heb jij een boek geschreven/uitgegeven en wil je jouw werk gerecenseerd hebben? Neem dan contact met mij op via het contactformulier of 06-46590516.

Een reactie plaatsen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Een gedachte over “In gesprek met Nadine Barroso