Mijn lief zag onlangs mijn gestaag groeiende stapel ‘nog te lezen en te recenseren’ boeken liggen en verzuchtte: ‘Ik zou willen dat ik je kon helpen’. Ik heb hem uitgelegd dat ik bijna likkebaardend naar die stapel kijk en zeker niet met een gevoel van: ‘oh hemel, ik MOET er nog zoveel’! Integendeel, ik vind het een rijkdom en een zaligheid. Natuurlijk zeg ik er bij elk verzoek om een recensie wel heel eerlijk bij dat er nog ‘enkele wachtenden’ voorgaan.
Een opmerking die ik ook nog niet zo lang geleden hoorde, ging over het feit dat ik nooit een boek helemaal ‘afbrand’ in mijn recensies. Nou, dat klopt. Om te beginnen ben ik van de opbouwende kritiek en niet van de vernietigende, maar daarnaast wil ik vooral lezen en recenseren omdat ik daar plezier in heb. Dat houdt ook in dat, als ik een verzoek krijg een boek te recenseren dat mij in het geheel niet aanspreekt, ik vriendelijk bedank. Die luxe kan ik mij veroorloven. Het is tenslotte een liefhebberij en geen betaalde job.